Urine en bloed verraden wat je eet
Deze moleculen onthullen of er veel ultrabewerkt voedsel in je dieet zit
Wat mij deze keer weer opviel in de wetenschappelijke bladen.
Mensen die veel ultrabewerkt voedsel eten hebben andere moleculen in hun lichaam. Ze hebben bijvoorbeeld meer N6-carboxymethyllysine in hun bloed en urine, een stof die ontstaat wanneer suikers reageren met eiwitten en samenhangt met diabetes. Ook hadden sommigen levoglucosan in hun urine. Dit molecuul komt uit voedselverpakkingen en verlaat onveranderd het lichaam.
Stofwisselingsproducten (metabolieten) in urine en bloed kunnen precies aangeven hoeveel van iemands voeding uit ultrabewerkt voedsel bestaat. Deze objectieve meetmethode is veel betrouwbaarder dan vragen naar wat mensen hebben gegeten. Amerikaanse wetenschappers ontwikkelden de test en toonden aan dat deze werkt in zowel mensen die zich in een normale dagelijkse setting bevinden, als in deelnemers in laboratorium gecontroleerde voedingsstudies.
Wat is ultrabewerkt voedsel?
Ultrabewerkt voedsel omvat industrieel geproduceerde producten met ingrediënten die je thuis niet gebruikt. Van gezoete yoghurt tot fabrieksbrood en verpakte snacks; het scala is breed. Onderzoek toont aan dat veel ultrabewerkt voedsel samenhangt met obesitas, hart- en vaatziekten, diabetes en bepaalde vormen van kanker.
Hoe werkten de onderzoekers?
Het team bestudeerde 718 gezonde mensen tussen de 50 en 74 jaar. De deelnemers hielden een jaar lang bij wat ze aten en gaven twee keer urine- en bloedmonsters af. Gemiddeld bestond 50% van hun dagelijkse calorieën uit ultrabewerkt voedsel. Ook analyseerden de wetenschappers monsters van twintig mensen die in een streng gecontroleerde omgeving twee weken ultrabewerkt voedsel aten en twee weken helemaal onbewerkt voedsel.
Wat vonden ze?
De onderzoekers gebruikten ultra-high performance liquid chromatography (UPLC) gekoppeld aan tandem mass spectrometry (MS/MS). Dat zijn nauwkeurige analysetechnieken waar mee ze meer dan 1000 verschillende moleculen konden meten die ze daarna analyseerden met computertechnieken. Zo ontdekten ze honderden metabolieten die samenhingen met ultrabewerkt voedsel. In het bloed vonden ze 191 verschillende moleculen. In de urine waren dat er nog meer: 293 in 24-uurs monsters en 237 in ochtendmonsters. Deze moleculen gaven een duidelijk beeld van iemands eetpatroon. In de gecontroleerde studie verschilde het moleculenprofiel binnen dezelfde persoon dramatisch tussen de twee dieetfases.
Welke moleculen verraadden ultrabewerkt voedsel?
Mensen met veel ultrabewerkt voedsel in hun dieet hadden niet alleen andere moleculen in hun lichaam. Ook hadden ze verhoogde niveaus van bepaalde vetstoffen zoals ceramides en hogere niveaus van acylcarnitines zoals 9-decenoylcarnitine. Dat sommigen moleculen van voedselverpakkingen in hun urine hadden, suggereert dat ultrabewerkt voedsel mensen blootstelt aan stoffen uit verpakkingsmaterialen die het lichaam opneemt.
Tegelijkertijd hadden deze mensen minder moleculen van verse groenten en fruit. Zo hadden ze minder (S)C(S)S-S-Methylcysteine sulfoxide, een kenmerkende stof uit kruisbloemige groenten zoals broccoli. Ook β-cryptoxanthin, een vitamine A-voorloper uit citrusvruchten en rode paprika's, was lager. Dit toont aan dat een ultrabewerkt dieet niet alleen herkenbaar is aan wat erin zit, maar ook aan wat eruit ontbreekt.
Waarom is dit belangrijk?
Deze ontdekking biedt een objectieve manier om iemands dieet te meten. Mensen rapporteren hun eetgewoonten niet altijd accuraat. Ultrabewerkt voedsel vormt meer dan 50% van de calorieën die Amerikanen eten. De onderzoekers hopen deze tool te gebruiken om de verbinding tussen ultrabewerkt voedsel en kanker beter te begrijpen. Ook kan het helpen bij het ontwikkelen van gezondere voedingsproducten.
Vervolgstappen
De wetenschappers willen de methode testen bij verschillende bevolkingsgroepen en jongere mensen. Ze onderzoeken ook of de test kan onderscheiden wat precies schadelijk is aan ultrabewerkt voedsel. Is het de hoge suiker-, zout- en vetgehalte, of komen de problemen door de industriële bewerking zelf?
Deze doorbraak markeert een belangrijke stap naar objectievere voedingswetenschap en kan uiteindelijk bijdragen aan betere volksgezondheid.
Bron: Plos Medicine https://doi.org/10.1371/journal.pmed.1004560